Jelle

den oudste van mijnen oudste





Zoeken op label:

...een momentopname...

...momentje...

buscalisa
wegwijs

Dag Jelle,

10 oktober 2009

papa Schmit

Papa Schmit

Ik ben nu al overvloedig opa, maar ik ben klein begonnen, eerst als zoon, gauw als kleinzoon en zelfs als achterkleinzoon van papa Schmit, de vader van mijn grootmoeder. Papa Schmit kenden we als de zwijgzame man die zijn pijp telkens zorgvuldig koos uit een rekje van wel zes verschillende exemplaren en die helemaal medicijn- en dementievrij bleef tot hij op zijn 95e overleed. Dat doe ik hem niet na. Mijn laatste pijp dateert al van 1958. Het was een bleek, bros aarden gevalletje dat je moest stoppen met het sop van Sunlight­zeep. Onder de invloed van de natuurwetten ben ik ondertussen geen achter- en zelfs geen kleinzoon meer. Mijn status hangt nu tussen zoon en grootvader, mijn rol als vader is vooral passief geworden.

Papa Schmit woonde in bij mijn grootouders, in het huis waar wij op de mansarde sliepen wanneer we in Mechelen overnachtten. Hij sprak niet veel, en al zeker niet met ons, zijn achterkleinkinderen. Mijn grootvader (de schoonzoon van papa Schmit) deed dat juist wel en hij nam ons ook graag mee naar buiten.

Ik was zes en liep aan de hand van mijn grootvader door het toen nog laat-middeleeuwse Mechelen. Opa heette ter plaatse Pier Gust. In de Jodenstraat, waarvan ik in 1955 niet kon beseffen hoe dicht ze bij de Dossinkazerne lag, de kazerne waar tien jaar daarvoor duizenden joden op de trein naar een uitroeiingskamp waren gezet, in de Jodenstraat dus, sloeg hij een praatje met kennissen die van het zondag­zonnetje genoten op hun achterste­voren in het deurgat geplaatste stoel. De mannen zaten schrijlings naar het voet­gangers­verkeer te kijken, de vrouwen zaten met hun rug naar de straat te breien of aardappelen te schillen. Mijn groot­vader wreef over mijn blonde krullen. Dat, zei hij in een Mechels dat ik ondertussen heb verleerd, dat is den oudste van mijnen oudste. Ik was zo trots als Opsinjoorke, nog een beroemde Mechelaar.

Jelle, toen je zes was, ook weer een paar jaar geleden, heb ik je meegenomen naar Mechelen en hebben we door dezelfde straten gelopen, waar niemand in een deurgat zat en waar we voor de veiligheid netjes op de stoep zijn gebleven. Ik kon je met recht den oudste van mijnen oudste noemen, maar er was niemand die daarvoor belangstelling had. Dat is niet erg, het gevoel is blijven hangen, het gevoel tussen de generaties te staan, de schakel tussen de wereld van 1910, toen mijn opa een oogje had op de dochter van papa Schmit, en die van 2060, wanneer jij, Jelle, zestig wordt. Ik zit daar net middenin. Voor mijn kleinkinderen draag ik de gewaden van de late oudheid, voor mijn grootvader zou ik in een sciencefictionwereld leven. Door oud genoeg te worden kom je wat buiten de tijd te staan en word je vanzelf minder utilitair, en daardoor weer op een andere manier interessant. Je wordt een beetje bezienswaardig, zoals oude forten artistiek worden omdat ze militair waardeloos zijn geworden. Dat is niet eens een deprimerende gedachte: laat alle militaire bolwerken maar gauw waardeloos worden, daarmee kan hun waarde alleen maar stijgen.

Dag Jelle!

Opa

Marc
---
blikschade

© 2016 rechten voorbehouden

10 oktober 2009
[s6/v04] [25 Aug 2019]

 is een privé-initiatief van .Marc.     

Deze site respecteert personen, opinies, waarden, rechten en belangen. Mocht u menen dat we ondanks onze voorzorgen toch rechten schenden, meldt u dat dan alstublieft, zodat we fouten meteen kunnen rechtzetten.

Deze site gebruikt, uitsluitend voor correcte navigatie, cookies. Meer info vindt u hier.

U kunt ons altijd schrijven. Dat kan het best via .